Maar in de natuur zijn er vele varianten van rood, wit en blauw. Ik laat mijn resultaten van deze maand graag zien.
Tot nu toe zag ik de Kleine Vuurvlinder (Lycaena phiaeas) zelden, maar op een veldje vlak bij huis zijn ze in overvloed te vinden. Zo rood (oranje?) als ze zijn behoren ze toch tot de familie van de Lycaenidae, waar alle blauwtjes ook bij horen. Daarover straks meer.
Bij het rode gedeelte, mag de Bruinrode Heidelibel (Sympetrum striolatum) niet ontbreken...al was het alleen maar voor de naam.
Voor het witte gedeelte van deze blog heb ik twee spierwitte vogels uitgezocht, die heel rustig op een eilandje in het Malpie Ven (zuid van Valkenswaard) stonden. Tussen heel veel ganzen. Het zijn Kleine Zilverreigers (Egretta garzetta).
Het blauwe gedeelte van deze blog begint met een bruine vlinder: het Bruine Blauwtje (Arcia agestis). Want niet alle blauwtjes zijn blauw. Zo is het vrouwtje van het Icarusblauwtje (Polyommatus icarus), hieronder, ook meer bruin dan blauw. En deze jongen rechts heeft helemaal geen blauwe tinten.
Ooit leerde ik de volgende tekst:
- Ja, wij slaan het oog naar boven
- Waar zij wappert dag aan dag
- En wij zweren, wij beloven
- Eeuw'ge trouw aan Neêrlands vlag
- De natuur biedt in ieder geval genoeg rood, wit en blauw om hier aan herinnerd te worden.
- Dus is het tijd voor een echte blauwe afsluiting: een Icarus-blauw mannetje!